maandag 14 april 2014

Poep- en plasverhalen

Hieronder twee anekdotes van afgelopen week, beiden niet al te smakelijk, maar hopelijk toch het lezen waard.

Ik noemde het vorige week al: we zijn bezig met Salomé's zindelijkheidstraining. Het ging zó goed, dat ik afgelopen donderdag even was vergeten dat ze er nog niet helemaal is.

Robin is een nachtje weg, dus ik besluit met de kinderen 's avonds lekker jiaozi (=dumplings) te gaan eten bij één van onze favoriete restaurantjes. We gaan heen met de taxibrommer en na een gezellige maaltijd besluit ik met hen terug te lopen naar huis. Een tochtje van ongeveer drie kwartier; moet kunnen denk ik zo.

Wanneer we ongeveer halverwege zijn, valt me op dat Salomé moeilijk gaat lopen en ze kijkt er ook niet happy bij. Een snelle check bevestigt mijn vermoeden: in haar broek gepoept. Fijn, we moeten nog twintig minuten. Maar gewoon doorlopen, denk ik, en thuis de boel goed schoonmaken. Tientallen meters verder kijk ik nog eens naar beneden naar het peutertje dat daar alweer vrolijk voorthobbelt, en tot mijn grote schrik druipt er een donkerbruine drap onder haar rokje vandaan over haar benen haar schoenen in. Snel met een papieren zakdoekje proberen de ergste schade te herstellen, maar het is nog steeds werkelijk geen gezicht.

We moeten dus nog twintig minuten lopen en zoals altijd staan ook vanavond mensen uit hun hun luie stoel op om hun ogen even goed de kost te geven. Een moeder roept naar binnen: "Kinderen, kom gauw kijken, daar zijn de buitenlandse kinderen!" en vanuit alle winkels worden we gadegeslagen en nagestaard. Normaal gesproken irritant, maar acceptabel. Maar op deze bewuste avond zeer ongewenst en ik doe mijn best om Salomé aan hun gezichtsveld te onttrekken. Denk alsjeblieft dat ze in de modder is gevallen, smeek ik in gedachten. Ik probeer mezelf ervan te overtuigen dat dat een hele plausibele verklaring is voor zulke vieze benen en schoenen.

Zelden heeft thuiskomen zo'n opgelucht gevoel gegeven...

En toen gisteravond. Robin komt met een verontrust gezicht de badkamer uit en zegt: "Er zit een rat in de WC-pot." Vol ongeloof kijk ik hem aan: "Wat? Hoe kan dat nou?"

Nu moet ik er ter verduidelijking even bij vertellen dat het in onze wijk stikt van de ratten; overdag en 's avonds zie ik er regelmatig eentje voorbij schieten. Voor het vervolg van dit verhaal is het ook nog van belang om te weten dat wij in ons huis geen westerse toiletten, maar hurktoiletten hebben, waarin in het water ongeveer 30 cm onder het vloeroppervlak staat.

Ik herinner me dat ik een uur eerder mijn tanden stond te poetsen en dat ik achter me een zachte plons hoorde. Ik dacht nog: huh? Wat kan er nu in de WC geplonst zijn? Maar besteedde er verder geen aandacht aan.


Intussen heeft Robin de deur van de badkamer dichtgedaan en staat te peinzen over een oplossing. "Dit is echt té ver buiten mijn comfort zone, ik ga terug naar Nederland," zegt hij. Maar ik zeg dat hij die rat NU dood moet maken, anders doe ik vannacht geen oog dicht. Niet alleen de gedachte aan een rat in je toiletpot is verschrikkelijk, maar de gedachte dat als er eentje in kan komen, er dan dus ook meer kunnen volgen, is bijna ondraaglijk. Robin haalt een dunne balk van het balkon en staat moed te verzamelen om dit mormel te lijf te gaan. Intussen zijn er al zeker 20 minuten voorbij gegaan sinds Robin in de twee zwarte kraaloogjes heeft gekeken van dit knaagdier diep daar beneden in het afvoerwater. Ineens krijg ik een ingeving: "Is het niet één van de hamsters?" Robin loopt naar de woonkamer en komt terug met één van de hamsterkooitjes, inderdaad zonder hamster. O, wat een opluchting! Wat kan mij die hele hamster schelen, we hebben tenminste geen rat in de toiletpot! Robin haalt een soeplepel, doet er een plastic zak om en bevrijdt het arme beestje uit zijn benarde positie. Koud en nat zit ze op de badkamervloer. Wat nu? Afspoelen onder de douche? In een badje zetten? We besluiten dat het dier waarschijnlijk al getraumatiseerd genoeg is en zetten haar gewoon terug in haar kooitje, er rekening mee houdend dat ze de nacht misschien niet eens zal overleven. Wat schetst mijn verbazing vanmorgen als ik achter mijn bureau zit: vanuit mijn ooghoeken zie ik iets wits over de grond bewegen. Weer die hamster! Ze is er blijkbaar handig in geworden om te ontsnappen uit haar kooitje, dus het deurtje zit nu met een ijzerdraadje dicht.

Een Britse vriend van ons zei ooit: "Every disaster makes a great story" (elke ramp zorgt voor een mooi verhaal) en ziehier: twee 'rampen' en twee verhalen op mijn blog!

Bevrijd!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

We vinden het leuk om zo nu en dan iets van onze lezers te horen. Je reactie wordt niet direct zichtbaar, maar pas nadat hij door ons gelezen is. Graag je naam erbij vermelden.