De allereerste keer dat je een zwangerschapstest doet. Waaaah! Wat spannend! Die test - de duurste variant - heb je natuurlijk van tevoren al in huis gehaald en op de ochtend van de eerste dag waarop die test een positief resultaat kán geven, doe je natuurlijk meteen die test. Als die positief blijkt te zijn, dan staat ineens je hele leven in het teken van dat kleine garnaaltje dat zich in je buik ontwikkelt. Al snel koop je de eerste rompertjes, je schrijft je in voor allerlei online nieuwsbrieven en updates, om de groei van het hummeltje per week en per centimeter bij te kunnen houden. Er hangt een zwangerschapskalender aan de muur, Veilig Zwanger en Veilig Bevallen liggen als huiswerk op je nachtkastje en het potje met foliumzuurpillen is al wekenlang je beste vriend. En natuurlijk komen daar nog andere zwangerschapsvitamines bij. Je schrijft je meteen in voor kraamzorg en je regelt een afspraak bij de verloskundige. Samen met haar stel je een geboorteplan op, want je hebt al helemaal in je hoofd hoe je bevalling gaat verlopen. Je brengt veel tijd door op het internet, verwoed op zoek naar dé perfecte babynaam. Trots sta je voor de spiegel en bewonder je je groter wordende lichaam. Vanaf het moment dat je baby geluiden van buitenaf kan opvangen, draai je klassieke muziek totdat je er tureluurs van wordt, want daar krijg je tenslotte een intelligent kind van.
Je zorgt dat je met 25 weken zwangerschap álles in huis hebt wat je mogelijk maar nodig zou kunnen hebben voor een baby en aan de babykamer wordt een klein fortuin uitgegeven, want stel je voor dat je kleintje er een traumatische ervaring aan over zou houden dat zijn dekbedje niet matcht met de hoes van het aankleedkussen. Naast dat aankleedkussen staat het hele assortiment van Zwitsal uitgestald en je hebt een goede voorraad spuugdoekjes aangeschaft. Natuurlijk volg je een zwangerschapscursus samen met je man en verliefd kijk je elkaar aan als je samen op de grond het puffen zit te oefenen.
Na de bevalling, die toch niet helemaal volgens plan verliep en op z'n zachtst gezegd zwáááár tegenviel, loop je dag en nacht met de nieuw aangeschafte spiegelreflexcamera om je hals. Alles moet op de gevoelige plaat worden vastgelegd, geen moment mag worden gemist. Op je nachtkastje ligt nu Oei, ik groei als huiswerk, want stel je voor dat je baby niet met vijf, maar pas met zes weken zijn eerste lachje vertoont, dan moet er meteen bij het consultatiebureau aan de bel getrokken worden. Sowieso zijn die bezoekjes aan het consultatiebureau reuzespannend, het voelt als een soort Cito-toets voor baby's: doorstaat hij de test?
Thuis lees je je baby zo veel mogelijk verhaaltjes voor, want dat is goed voor de taalontwikkeling. Je schrikt je rot als je baby ineens gaat rollen en een voorkeur voor buikligging blijkt te hebben. Meteen gaan er allerlei bellen in je hoofd rinkelen - wiegendood!- en je checkt 's nachts nog maar een keertje extra of alles nog goed gaat. Zodra het haar op het hoofd van je kind (als het een meisje is) sprietjes gaat vertonen, ga je aan de slag met staartjes, speldjes en vlechtjes; hoe kunstzinniger, hoe beter.
Zorgelijk kijk je naar je kind als het met twaalf maanden nog geen interesse toont in lopen of nog niet voor het eerst "papa" of "mama" heeft gezegd. Er zal toch niks mis met hem zijn?! Toch maar eens aankaarten bij het consultatiebureau. Ondertussen probeer je een zo gevarieerd mogelijk aanbod van educatief speelgoed voorhanden te hebben, je knutselt samen, vingerverven staat wekelijks op het programma, je doet spelletjes, bakt koekjes. Je zorgt ervoor dat niks de ontwikkeling van je kind in de weg kan staan.
Als je kind net twee is, denk je: hoe eerder hij zindelijk is, hoe beter. Dus je schaft een potje aan en dwingt je kind om voortaan zonder luier door het leven te gaan. Veel frustratie, natte broeken en volgepoepte onderbroeken verder kom te tot de conclusie dat je misschien beter nog even had kunnen wachten.
~ SPRONG IN DE TIJD ~
Je menstruatie blijft uit en je bent alweer flink misselijk; je vermoedt dat je voor de derde keer zwanger bent. Na een week of zeven besluit je om toch even zo'n goedkoop stripje te halen bij de drogist, gewoon om je vermoeden te bevestigen. Tijd om veel aandacht te besteden aan het wurmpje vanbinnen heb je niet, want je hebt een kleuter en peuter rondlopen die schrikbarend veel aandacht vragen. Wanneer je zestien weken zwanger bent, bedenk je je ineens dat je je had moeten inschrijven voor kraamzorg. Snel schrijf je een e-mail en je krijgt het bericht terug dat ze zullen proberen om je nog ergens tussen te passen. Ook rond die tijd schiet er door je hoofd: foliumzuur! Maar dan realiseer je je dat het geen zin meer heeft om dat te slikken, want de kritieke periode is al voorbij. Je leest geen boeken, maakt geen geboorteplan, woont geen zwangerschapscursus bij, want je weet intussen uit ervaring: een bevalling verloopt toch niet volgens plan. En wat maakt het eigenlijk uit? Als die baby er maar heelhuids uitkomt, dan is alles best. Of dat nu thuis, in het ziekenhuis, liggend of op de baarkruk gebeurt.
Je vermijdt de spiegel, want je weet dat de pondjes die er nu aanvliegen je de komende jaren zullen blijven vergezellen en dat het verhaal van gewichtsverlies door borstvoeding een mythe is. Als je 35 weken zwanger bent, dringt plotseling de realiteit tot je door: er komt een baby! Even checken of de rompers en eerste babypakjes nog in redelijke staat verkeren (ach, die verkleurde randjes bij de hals en de billen ziet toch niemand), een pak luiers wordt gekocht, het wiegje wordt van zolder gehaald en that's it. Hetzelfde Zwitsal-assortiment van een paar jaar geleden staat nog ergens in een kastje en je vraagt jezelf af: hoe lang blijft dat spul eigenlijk goed? Ach, het ruikt nog prima en je gebruikt het toch vrijwel niet.
Bevallen blijkt er niet makkelijker op te worden naarmate ervaring toeneemt en opnieuw beloof je jezelf: DIT NOOIT MEER! (maar dat had je jezelf ook al tijdens de eerste en tweede bevalling beloofd). Je verbaast je erover dat er nog steeds ruimte over is in je hart om weer net zoveel van zo'n klein mensje te houden als van je eerste kind, maar helaas heb je niet meer de tijd om urenlang naast te box te zitten zwijmelen terwijl je kind daar ligt te spelen.
Zo nu en dan denk je eraan om een plaatje te schieten met je mobieltje, maar het aantal foto's tijdens de kraamperiode is nog niet eens 10% van wat je tijdens de kraamperiode van je eerste kind schoot. De spuugdoekjes liggen wel in het kastje, maar je bent er gewend aan
geraakt om te gebruiken wat voorhanden is: de mouw van je trui, een
vaatdoek, een lakentje. En de spuugdoekjes blijven dus onaangeroerd in de kast liggen.
Oei, ik groei heb je een paar jaar geleden in een boze bui het raam uit gegooid, want het bleek dat je kind nooit voldeed aan de norm en het maakte je alleen maar onzeker. Bij een bezoek aan het consultatiebureau luister je maar met een half oor naar wat de dokter zegt, want je weet intussen dat je haar woorden met een korreltje zout moet nemen.
Ook dit kind blijkt liever op zijn buik dan op zijn rug te slapen en je komt voor jezelf tot de conclusie dat het dan wel de meest natuurlijke houding voor een kind zal zijn. En daarnaast: wat maakt het uit hoe het slaapt, als het maar slaapt, want je eigen nachtrust is zeer kostbaar goed geworden.
Omdat de ochtendspits al druk genoeg is, neem je niet de moeite om het haar van Nummer Drie ook tot een kunstzinnig kapsel om te toveren en zelfs de oudste dochter krijgt niet meer dagelijks een kam door haar haren, want de ervaring heeft geleerd dat als je die vlecht maar strak genoeg maakt, dat hij op dag twee en drie ook nog wel redelijk zit (en hey, wat losse, uitstekende plukken staan toch juist heel natuurlijk en nonchalant?)
Je maakt je niet meer druk over de ontwikkeling van je kind. Je motto is geworden: op z'n achttiende kan ie dat echt wel (lopen, praten, rits dichtdoen, veters strikken) en je laat dingen meer op hun beloop, want je weet dat een kind echt wel zelf de dingen gaat doen als hij daaraan toe is. Stiften en verf zijn uit het huis verbannen, want je hebt niet meer de tijd om continu een oogje in het zeil te houden en voor je het weet heeft je kind anders een extra decoratie aan de muur toegevoegd. Je bent van mening dat filmpjes óók heel goed zijn voor de taalontwikkeling van je kind, dus dat is een mooie vervanging van de kartonnen peuterboekjes.
Soms denk je wel: ik wilde dat ik net zoveel tijd had voor Nummer Drie als ik had voor Nummer Eén, maar je troost jezelf met de gedachte: All you need is love. En daar heb je gelukkig meer dan genoeg van....
(Uiteraard is het bovenstaande deels karikatuur, maar ook deels autobiografisch. Ik kwam op het idee voor dit stuk toen we afgelopen week eindelijk begonnen met Salomé's zindelijkheidstraining (met twee jaar en zeven maanden). Ik was verbaasd over hoe snel en hoe goed ze het doorhad en ik dacht: misschien wilden we het allemaal een beetje té graag met Juda en hadden we onszelf heel veel frustratie kunnen besparen als we wat relaxter waren geweest.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
We vinden het leuk om zo nu en dan iets van onze lezers te horen. Je reactie wordt niet direct zichtbaar, maar pas nadat hij door ons gelezen is. Graag je naam erbij vermelden.